Doorgaan naar hoofdcontent

Bon Dia






Een buurtgenote vroeg laatst of ik haar kon helpen. Het huis, de tuin en schuur moesten opgeruimd. Want ze ging een grote stap maken waarvan ik nog niet wist. Ze verkoopt de boel en gaat de wijde wereld in. Hoe zij dan een dak boven haar hoofd houdt: simpel. Op woningen van reizigers passen. Of zij haar spullen en privéruimte niet gaat missen: No Way. Ze krijgt een blij gevoel in haar buik bij de gedachte, dat er geen rekeningen meer betaald hoeven voor hypotheek, gas, water, elektra en andere flauwekul. 

Ik vind het stoer. Eind vijftig en dan de trossen volledig los. Durven vertrouwen op dat het altijd op haar pootjes terecht komt. Dat er meer leuke mensen op deze planeet zijn dan enge of vervelende.
De grote hoeveelheid spullen die op de Facebook buurt deelmarkt verschenen, maar door niemand gewenst waren konden naar de stort. Zij heeft geen auto. Ik wel dus maak ik een ritje. Tussen de dozen vol retro apparaten, verfblikken, schrootjes, latjes, stukken kippengaas en plastic tuinstoelen vallen mij 4 plastic tassen op. De handvatten scheuren bijna door het gewicht van de kunststof diaraampjes en de glazen plaatjes.


Ik bekijk een paar beelden. Een foto van een bottelarij waar flessen champagne gevuld worden. En nog een waar duidelijk een maître de bouchon uitlegt hoe die dikke kurken in de fles gedrukt worden. De mannen hebben steevast bakkebaarden en dragen grijzige pakken. Ik kijk diep terug in de tijd. Jaren 70 of hooguit 80 schat ik. Nieuwsgierig graai ik verder en vind een dia van een hotelkamer. De bedden in een vervreemdende kleur lichtgroen, strak opgemaakt. O kijk. Er zijn ook snapshots van de badkamer, het zitje met skaileren stoelen en een foto vanaf het balkon. Hier is duidelijk een chroniqueur aan het werk om beelden te bewaren die een verhaal vertellen. Ik graai nog eens in de tas. 

Een busstation, een diner met een groot gezelschap, een kiekje van een koekoeksklok waaronder een pijpenrek hangt. Nog een diner en een ontbijt. Een lopend buffet. Een wijnkelder. Grauwe gebouwen met barokke ornamenten. Een dame die in de ochtendzon staat met haar bruine handtas en samengeknepen ogen. Een tuin bij een Nederlands huis. Zeer veel dia’s van dezelfde tuin uit verschillende posities en in verschillende seizoenen. Maar altijd als de zon schijnt.

Ik besluit buurtgenote te appen en te vragen of ik de dia’s mag bewaren voor een bevriende kunstenaar. Hij is performing artist, muzikant, dichter, installatie kunstenaar, cultureel werker en vrachtwagenchauffeur in één persoon. Stuiterende energie. Hij wil wel retro beelden in een dia slideshow verwerken. En er zitten prachtige plaatjes tussen van Ford Taunussen in allerlei oker- en diepgroene jaren-70 kleuren. Kiekjes van campings met oranje-bruine tenten. Dorpsgezichten uit Limburg van lege straten op een zinderende zomerdag, die bij een korte aanblik  al een schurende weemoed, vermengd met panische eenzaamheid oproepen. 

Ik leg haar uit dat ik de dia’s wil bewaren waar geen herkenbare personen opstaan. Want natuurlijk voelt het niet goed om haar vertrouwen te beschadigen. Dit kunststof zou in de grote restafval container verdwenen moeten zijn. Maar ik heb ze van de shredder gespaard. Al deze plaatjes bij elkaar vertellen een verhaal. Over vervlogen tijden. De mensen die er op staan zijn op zeker stokoud  of overleden. De auto’s en bussen zijn in een grote kringloop opgenomen. Gesloopt of verroest. De diners zijn in mensen verdwenen en er weer uitgegaan. De sneeuw op de Oostenrijkse daken al honderden keren in een andere vorm opgenomen en weer losgelaten.

Ze moet er even over nadenken. Of het okay is dat ik in haar verleden heb gesnuffeld en de beelden zonder personen mag bewaren. Ik hoop dat. Want deze duizenden dia’s weggooien voelt als het vernietigen van een leven. Ik verplaats me in de man die ik regelmatig terug zie. Gefotografeerd door iemand die hem het eeuwige toestel uit zijn hand rukt en zegt: ‘kom jongen, sta jij er ook eens een keer op.’ Daar kijkt hij altijd een beetje onhandig, bezwaard bij. Alsof het niet de bedoeling was om onderdeel te zijn van zijn eigen beeldverhaal.

Aan het einde van een middag selecteren voelde ik me triest, hongerig maar ook ontheemd.  Het is verwarrend. Waarom moet ik me met de keuze bemoeien van iemand die haar verleden aan het opschonen is? Waarom wil ik redden wat verloren is gegaan, of tenminste voorbij? Het is toch niet mijn leven en mijn familie? 

Ik gooi de dia’s waar personen op staan in de kliko. Het doet pijn. Bij wijze van woordgrap noem ik wat ik in het afval zie liggen ‘Diaree'. Niemand lacht. Terecht. Hier zijn duizenden uren van plannen, reizen, fotograferen, ontwikkelen, inramen, categoriseren, dia – vertoningsavonden organiseren, opschonen en opbergen aan voorafgegaan. Het is alsof er een fijne ether opstijgt uit de diaraampjes die een boodschap in mijn humeur achterlaat maar waar ik geen woorden aan kan geven.
Ik ben blij dat ik een half leven heb gered van de vuilverbranding. Weggooien kan altijd nog.

Reacties

Populaire posts van deze blog

Mooie dagen gewenst!

  Lieve, gave mensen, Kerstmis. Dat feest van vrede op aarde, terwijl je in de Action om het laatste gourmetstel vecht. Of dan Nieuwjaar. Het moment waarop je met goede voornemens in je hoofd naar de schaal oliebollen kijkt en denkt: Morgen Begint Alles. Laten we eerlijk zijn: we zijn allemaal een beetje gek, imperfect en iets te hard aan het zoeken naar dat wat nooit echt te vinden is. Perfect geluk? Het bestaat niet. En als het al bestond, we zouden het wantrouwen. Dus dit jaar wens ik ons geen perfecte kerstdagen of een foutloos 2025. Ik wens ons iets veel beters:   Dat we durven lachen om ons eigen gestuntel. Dat we de knop van onze verlangens een beetje naar links draaien en ons ego kunnen beteugelen. Dat we ons mogen verbazen over hoeveel troost er zit in een schouderklopje, een flauwe grap, of een glas wijn dat nét te vol geschonken is. Want uiteindelijk zijn we allemaal koekenbakkers, die elkaar soms totaal niet begrijpen en desondanks elkaar proberen vast te...

Kapsonihilisme: een poging tot anders denken

Met welk denken durven we de toekomst aan? Met het Kapsonihilisme natuurlijk! Kapsonihilisten (excuseer het neologisme) zijn mensen die zat zijn van de tredmolen waarin hard gelopen wordt zonder werkelijk vooruit te komen: de routine waarin werken voor een hypotheek of huurbaas, het zorgen voor kinderen en ouders en twee keer per jaar op vliegvakantie, de hoofddrijfveren lijken de zijn. Kapsonihilisten willen kappen met de kapsones die statussymbolen neigen te verspreiden en terug naar eenvoud, rust en essentie. Het zal blijken dat dit denken pijnlijke keuzes impliceert.  De onderliggende vragen   Staan wij als denkende wezens nu werkelijk boven de natuurlijke wereld? In hoeverre zal de natuur ons nog laten begaan op de huidige weg, alvorens zij op haar beurt weer boven op ons zal gaan staan? De dunne schil van onze dampkring is inmiddels bezig, om ons van de enige leefbare plaats in de kosmos weg te koken. IJskappen smelten en de zeespiegel stijgt. Biod...

Ballen in de Doos!

  Dit ken jij vast ook wel;  overlijdensberichten en bidprentjes. Ze slingerden vorig jaar wat rond in lades, op een stapeltje tussen belasting- en andere papieren of waren achter de kast gevallen. Op sommige momenten was ik me bewust van mijn wegkijk routine. Meestal niet, want de doden zitten bij voorkeur niet de hele dag op het netvlies. Totdat ik mezelf aan het eind van sommige dagen versomberd terugvond. Ik had toen nog niet helder wat er aan me trok.  Down the Road Totdat ik vorig jaar Evert op TV zag. Met vijf mede Downies en hun twee begeleiders, was hij Down the Road op vakantie in Canada. De puurheid van Evert over zijn verward bedroefde gevoelens aangaande het meisje waar hij verkering mee heeft én de jongens waar hij stapelverliefd op is, mogen er van de begeleiders helemaal zijn. Het verdriet en de frustraties overspoelen Evert soms zo zeer dat hij er bijna in verdrinkt. Totdat Evert opschrijft of tekent wat deze grote gevoelens met hem doen en hij ze...