Op 2 februari 2029 werd de laatste wilde honingbij in Nederland
gesignaleerd. Dat gebeurde op de Asselsche Heide bij Hoog Soeren. Daar filmde
een wildcamera het insect dat kwam drinken bij een ‘insectenhotel'. Het jaar daarvoor waren de tamme bijenpopulaties
in Europa volledig ingestort. Samen met de zweefvliegen, lieveheersbeestjes,
dagvlinders en slakken hielden de bijen het in Nederland voor gezien. De
biodiversiteit op faunagebied bestond uitsluitend nog uit processierupsen, koolmezen
en kauwen. En een verdwaalde zeemeeuw.
Kerstavond 2029
Er was nauwelijks verkeer tussen Eindhoven en Helmond. In
het oosten waren daarnet al bliksemschichten te zien en bij het rechtsaf gaan
voelde Jim een windvlaag aan zijn wagen trekken. Alsof de Tongelresestraat hem
in Eindhoven wilde houden.
‘Godverdomme!’denkt Jim. ‘Waarom moeten we uitgerekend voor
die KUT feestdagen weer gedoe hebben.’
Eindelijk ging het lekker met ‘Hodro’: Honey Drones. Er kwamen er dagelijks meerdere orders binnen, de bestellingen werden zelfs vooruit betaald. Vanavond
een laatste spoedrit naar de stadskassen van Helmond en kennelijk was er haast
bij: de tweehonderd mini drones werden die middag besteld en direct met Bitcoins
afgerekend. Als het een beetje mee zit, vliegen de robot bijen over een uurtje door de
kassen om de bloemen van paprika’s, tomaten en courgettes te bestuiven.
‘Wat zit ze nou te zeiken. We hebben alles wat haar hartje
begeert. En meer. Elon heb je een tip?’
Onmiddellijk verscheen Elon Musk holografisch op het
display. ‘Probeer alleen te veranderen
waar je echt invloed op hebt Jim. Yvonne heeft de laatste maanden wel erg veel
afspraken met haar coach in haar agenda staan.’
‘Ja en?’, zegt Jim
‘Ik vind het niet
passend om mij te mengen in jullie relatie.’
‘Kom op man. Je beheert onze agenda’s, bankrekeningen en
regelt mijn rijgedrag. Shoot’
Met een uitgestoken wijsvinger priemt de holo naar Jim ‘Poef, je bent er geweest!’ En vervolgt: ‘Als ik de agenda, het surfgedrag, levensstijl
en haar social media uitingen analyseer kan er maar één ding aan de hand zijn.
Jim, wil je dit echt weten?’
‘Ja natuurlijk man.’
Vlak na het eerste viaduct bij Nuenen, scheurde de hemel plotseling
open en veranderde de autoweg in een wasstraat. Vlagen van hagel en regen
klapten op de voorruit van zijn Tesla CyberT X. De autopilot nam de besturing
direct over waarbij groot licht werd ingeschakeld en de stereo uitgeschakeld.
Yvonne had wel het nodige achter de kiezen gehad wist Jim. Ondanks alle lof van de ziekenhuisdirectie voelde ze zich meer een programmeur van robots en ontwerper van algoritmes dan kinderarts...maar er moest meer aan de hand zijn.
Op het display was te zien dat de radar geen obstakels op de weg zag maar dat
de auto haar snelheid desondanks terugbracht in veilige modus. Veertig kilometer per uur. De Helmondweg was
in een ondiepe gracht aan het veranderen. Vanuit de speakers werd hij door Elon
toegesproken:
‘Veilige modus, geen
aquaplaning. Wilt u doorrijden tot uw bestemming?’
‘Ja. Man wat klink je
formeel ineens.’
‘Okay. U wilt verder
rijden. Over twee kilometer bereikt u een parkeerplaats. Wilt u hier stoppen en
wachten op betere weersomstandigheden?’
‘Wat zegt buienradar?’
‘Er is een front met
een supercell dat van noord oost naar zuid west trekt. Naar verw..’
‘Supercell? In december?’
De boordassistent vervolgde: ‘Sorry Jim. Dit is de achtste keer sinds 2017 dat in Nederland bij
extreem weer een supercell ontstaat.
Vandaag is het de derde keer dat deze in het najaar voor komt. De tweede keer
in een decembermaand.’ In een splitscreen werd de helft van het radarbeeld
van de weg, door een statistiekenpagina van weeronline overdekt.
Hardere rukken nu, en regenwater dat met kinderbadjes
tegelijk over de auto wordt gesmeten. Er tuimelt een losgerukt verkeersbord
door de straal van zijn koplampen. Hij voelt een gedempte klap bij de
linker voorband maar de autopilot grijpt niet in. ‘Impactdetectie rechtsvoor. Alle systemen normaal.’
‘Okay wijsneus. Wat is je advies?’
‘Over ongeveer achttien
honderd meter bereikt u een parkeerplaats. Stop hier en wacht op betere
weersomstandigheden.’
‘Komt die cell over dit gebied hier? Kijk eens effe.’
‘Supercell bevindt zich
boven Helmond-oost en trekt met 17 kilometer per uur in zuidwestelijke richting.’
Opnieuw een splitscreen waarop met een rode lijn het
afgelegde parcours van de supercell te zien is. Een stippellijn geeft de
vermoedelijke en vernietigende baan over Brandevoort en Mierlo aan. De blauw
pulserende vlek van de plaats waar hij nu rijdt, ligt ruim buiten de route van
de horrorstorm.
‘Wat is de kans dat we er middenin komen te zitten?’
‘Bij parkeerplaats
Vaarle stoppen nul procent kans. Doorrijden tot eindbestemming Helmond vier
komma acht procent kans.'
‘Okay. We kunnen wel doorrijden. Toch?’
Er verschijnt een nieuw scherm met social media feeds met
foto’s en filmpjes. Een plantsoen waar wegvliegende daken overheen zeilen die
een schommel verpulveren. Een huilende vrouw die onverstaanbaar tegen een
camera praat en haar ondergelopen woonkamer laat zien. Beelden van auto’s
waarop hagelstenen ter grootte van een tennisbal dansen en een dood hangbuikzwijn,
dat langs een ingezakt geitenverblijf drijft.
‘Ach kom op zeg. Dit is toch niet in Helmond aan de gang.’
‘Het zijn berichten
uit Gemert, Handel, Venhorst en Wanroij. Er zijn ook beelden van verwoestingen
uit Padbroek, Mook en Groesbeek. Het is de route waarlangs de orkaan is
langsgetrokken. Wilt u die nu bekijken?’
‘Zeg je nu dat het een orkaan is en geen supercell?’
‘Vanaf de Waal bij
Millingen ontstond een orkaan door sterke stromingen uit noordoost en abnormaal
warme wind uit zuidzuidwesten. De waterstofcentrale in Kleef loost grote
hoeveelheden warmte in de atmosfeer en hierbij…’
‘Okay okay okay. Bespaar me dat college. Wat is je advies.’
‘Over veertienhonderd
meter bereikt u een parkeerplaats. Stop hier en wacht op betere
weersomstandigheden.’
‘Okay. Dank je. Helder. Stop daar maar.’ Direct gaan de
rechter knipperlichten aan terwijl de auto nog wat meer vaart mindert. Het
display geeft aan dat er in de rijrichting hulpdiensten op deze route naderen.
Als de wielen over de band van de vluchtstrook gaan, klinkt er een signaal. ‘U rijdt op de vluchtstrook.’ Jim schrikt
op het moment dat de herrie van de regen plotseling ophoudt en trapt de rem in.
Hij staat onder een viaduct en ziet de muur van water voor hem in de
verstralers naar beneden komen.
‘Bel Yvonne.’ De foto van zijn vrouw verschijnt op het
scherm. Na vijf keer overgaan hoort Jim haar stem. ‘Haaai dit is de voicemail
van Yvonne. Momenteel…’
‘Afbreken.’
‘Volgens haar agenda
kan Yvonne gebeld worden. Wilt u Yvonne nogmaals bellen?’
‘Nee. Ik wil hier even blijven staan. Zijn we veilig hier?’
Hij laat het raam naar beneden glijden en hoort
donderklappen en vallend water sissend de auto binnenkomen. Blauwe flitsen
doemen van achter op.
Hij denkt aan de woordenwisseling van vanmiddag. Jim haat het om gecorrigeerd te worden op zijn ondernemende ideeën. Dankzij de inkomsten van Hodro hadden ze een prachtig penthouse met zwembad kunnen betrekken. In het centrum van de stad nota bene! Maar op het moment dat Yvonne vanmiddag haar oren dichtdrukte, met haar hoofd begon te schudden en gilde dat het drinkwater naar stront en Robijntje smaakte werd het Jim te veel. Op het moment dat hij 'Hey Hey' riep om haar te bedaren, begon de Google Home Coach ongevraagde adviezen te geven. Jim draaide door, toen volautomatisch het psychosociale wijkteam opgeroepen werd. Hij griste de Google bemoeial van zijn plek, gaf Toon het commando de deur naar het terras te openen en smeet het ding over de railing.... Slechts acht minuten later stond de politie, samen met een sociaal werker aan de deur. 'Een Japanse toerist kreeg dit ding - ze tilde de gekneusde Google assistent onder Jim's neergeslagen blik - op zijn rolkoffer en heeft aangifte gedaan', zei de agente koeltjes. Jim kwam er met een waarschuwing en een verplichte vervolgafspraak bij een psycholoog van af.
Als hij over zijn linker schouder kijkt ziet Jim de
koplampen van een vrachtwagen met blauwe
zwaailichten opdoemen. ‘Een brandweerwagen?’
Een paar seconden later glijdt een rode truck onder het
viaduct door met een ambulance en twee politieauto’s in zijn kielzog.
‘U staat onder een
viaduct op de vluchtstrook. Zojuist zijn hulpdiensten gepasseerd. Onderweg voor
assistentie naar een calamiteit in Helmond.’
‘Ja duh…’
‘U heeft full info
geselecteerd. Zal ik traffic info in een lagere modus zetten?’
‘Nee is goed zo jongen.’
De boordcomputer zwijgt even. ‘Elon?’
‘Ik was inderdaad een
jongen.’ Klinkt het uit de speakers.
‘O ja. Sorry buddy. Gesneuveld in de race naar Mars. Ik
vergeet het steeds. Tutoyeer alsjeblieft.’
Als de auto vijf minuten later de pikdonkere parkeerplaats bij
Vaarle oprijdt, glijden de lampen over wegstromend water, dat in de richting
van een brede sloot loopt. Jim neemt vanaf hier zelf de besturing van zijn auto over. Hij knijpt zijn ogen samen om de vakken op het asfalt te kunnen
onderscheiden maar het enige dat hij ziet is een golvend meertje. Hij rijdt
door naar wat heen en weer schuddende struiken totdat een alarm
afgaat en de auto met een ruk stilstaat.
‘Overstekend dier
gesignaleerd’, zegt de boordcomputer kil. Maar Jim ziet alleen ruitenwissers
heen en weer bewegen en stromende regen in zijn lichtbundels. Als hij gas geeft
beweegt de auto heel zwak, alsof hij door een overstekende kudde schapen heen
wil laveren.
‘Wat is er aan de hand?’ blaft hij tegen zijn
boordassistent. ‘Gevaar voor aanrijding
met levende have’, laat het terug weten. ‘Man, ik zie hier helemaal niks
levends. Water. Check jezelf eens.’
De boordcomputer laat op het display zien dat alle sensoren,
energiesystemen, radar, internetverbinding en veiligheidsopties stuk voor stuk
gecontroleerd worden. Overal groene vinkjes.
Jim trapt opnieuw zijn gaspedaal in, maar de auto reageert nog even traag
als daarnet.
‘Zal ik het systeem
resetten en opnieuw opstarten Jim?’ vraagt Elon.
‘Ja. Doe dat. Ik wil hier nog wel weg kunnen komen met jou
vanavond. Volgens mij is dit een afwerkplek voor homo’s geweest vroeger.’
‘Niet schrikken. De verlichting en het display zullen binnen 5 seconden
uitvallen en daarna weer opstarten. Zal ik doorgaan?’
Als alle stroom uitvalt en het display langzaam uitdooft
merkt Jim de hoge fluittoon pas op die permanent in de auto aanwezig is. Even
is het volledig stil, op de gestaag vallende regen buiten na. In het oosten
weerlicht het nog, maar minder vaak als daarvoor. De struiken staan als een
schaduw voor de wegtrekkende en weerlichtende cell in de verte.
Hij vraagt zich af waar hij het allemaal voor doet. Waarom is Yvonne plus eenvoud niet meer dan genoeg? Waarom in een tredmolen rondrennen en niet vooruit komen? Wat koop ik voor geld, als de waarde van mijn tijd eigenlijk altijd veel hoger is? Hij denkt aan de parabel van die visser, die op het strand aangesproken wordt door een Amerikaan. Waarom hij geen boot, twee boten, een vloot koopt zodat hij alle vissen kan vangen die in de buurt zijn? 'Zodat je kunt gaan golfen', zegt de Amerikaan. Waarop de visser zegt: 'Ik hou van vissen op het strand.'
Hij wrijft met zijn hand door zijn haar en mijmert. Waar is de tijd gebleven dat we elkaar op Facebook en Twitter flink de maat konden nemen en stevig wilden corrigeren ook al kostte dat alleen maar tijd en grote rollen krantenpapier en leverde het geen reet op. Tsjonge. Wanneer at ik voor het laatst biefstuk? 2020? Kende ik Yvonne toen al? Nee. Ik heb alleen maar kweekvlees met haar gegeten. Nooit dierlijk eiwit.
Het display komt weer tot leven, het dashboard licht op en de
koplampen springen aan. Daar staat iemand voor zijn auto die schrikt en wegsprint
naar de struiken! Een okergele jas. Een stofjas.
Droog! Met alleen een paar
verse regen strepen. Jim bedenkt zich geen seconde en opent zijn portier en
rent in de richting van waar de jas heenliep. Maar hij ziet alleen zijn eigen
schaduw tegen de struiken.
Hij zoekt naar zijn smartphone. Die ligt op de bijrijdersstoel!
Hij rent terug naar de pick-up. Als hij
het portier opent, hoort hij een telefoon overgaan. Op het display verschijnt
een eerder opgenomen bericht van Yvonne. Bezorgdheid in haar stem:
‘Schat. Het spijt me dat ik zo vervelend deed vanmiddag. Ik
hoop dat je nu op Vaarle in Nuenen bent, een parkeerplaats. En dat het half
acht precies is.’
Er is geen klok in de auto dus checkt hij de tijd op zijn
smartphone. Twee over half acht. Jim kruipt op de passagiersstoel. Yvonne
vervolgt direct haar boodschap:
‘Als je daar aankomt wacht er iemand op je die een bruine jas
draagt. Vertrouw hem. Volg hem de struiken in. Hij zal je meenemen naar een andere
tijd…naar vroeger. Ik weet niet precies welk jaar maar naar een betere tijd.’
Er verschijnen tranen in haar ogen en haar mond wordt droog. ‘Ik ben daar al en kan het je pas uitleggen als je ook door die poort naar een
andere tijd gaat.
Jim’s mond valt open. Een wormgat? Een tijdsbrug naar
vroeger? In fakking Nuenen? Hij lacht hardop en trekt het portier nu helemaal
dicht. Gehaast praat Yvonne door:
‘Wacht niet te lang Jim. Hoe het precies werkt weet ik ook niet.
Maar ik ben dit voorjaar al eens door deze poort gegaan. Het was zo mooi daar.
Zoals onze ouders vertelden over hoe het vroeger was. Je kunt één keer
terugkeren naar waar je vandaan komt en hoe lang je ook hier bent, het maakt
niet uit. De tijd blijft stilstaan terwijl je naar deze kant komt. Dus jij kunt
nog terug. Als je dat wilt.’
Ze begint te huilen. ‘Ik
wil hier blijven Jim. Het liefste met jou.’
Hij kijkt opnieuw op zijn smartphone. De tijd verspringt net
naar vier over half acht. Er ligt voor een vermogen aan drones achter in zijn
auto. Yvonne is gek geworden. Wormgaten en tijdreizen zijn dromen in de hoofden
van theoretisch natuurkundigen en andere fantasten. Er wacht een ondernemer op
zijn levering. En hongerige Helmonders.
Het display van de Tesla gaat over in de camerastand. Bundels groot licht die
een muur van regen doorklieven. Jim schuift op de bestuurdersstoel en drukt het
gaspedaal in. De wagen wil nauwelijks vooruit.
‘Elon?’
‘Ja Jim.’
‘Wat is hier aan de hand man?’
‘Yvonne is erg depressief
Jim. Ze heeft jou niet voor niets op pad gestuurd vanavond. Ik heb tot aan deze
parkeerplaats aan haar opdracht voldaan.’
‘Okay’, zegt Jim. Het display toont de ritgeschiedenis van deze auto. De keren dat er op deze parkeerplaats is gestopt, worden gemarkeerd en
voorzien van een datum.
‘Serieuze shit Jim. Je
hebt niks te verliezen. Loop nu die struiken in. Ik zie je één keer terug of
misschien wel nooit meer.’
‘Elon. Hoe weet ik nou of ik die poort vind in
de struiken daar?’
’Op 15 mei liep ze
samen met deze coach en met háár telefoon de struiken in. Op het moment dat de verbinding weg begon te
vallen wist ze dat ze goed zaten. Er staat een 6-G steunmast een kleine 100 meter
hier vandaan. Onmogelijk om een signaal te missen. Goeie reis Jim.’
Reacties
Een reactie posten