Ze had aquamarijnen poezenogen die door de lokken van haar sluike haren speurden. Vanuit Nederwetten, een kerkje met café en een paar boerderijen, kwam Harriet de laatste weken steeds op haar omafiets naar Ziedenie gefietst. Mijn eerste puppy love was in de meivakantie van 1977 gesneuveld. Ik staarde in het zwarte gat van een lange lege zomer. Maar zij sleurde mij voor de poorten van de verveling weg.
In Nuenen was Ziedenie het jongerencentrum voor de alto’s. OnderOns was de mancave voor de rockers / hefto's, die af en toe een broeierig uitstapje maakten naar Ziedenie. En speciaal vanwege hun dwingende verzoekplaatjes voor punk, kochten we ook die maar. "Draait de Stranglers eens," terwijl een doorgesnoven Willie S. met een kapot bierglas in zijn eigen onderarm prikte. Samen met Ton Crooijmans was ik verantwoordelijk voor de
muziek- en de zaterdagavond disco. We hadden om die reden ook de sleutel van de L-vormige keet. Zodat
we de top-40 singletjes, die we in Geldrop bij de Heikrekel gekocht hadden, uit
konden proberen. We oefenden onze aankondigingen in een leeg Ziedenie, waarbij de Crooij een slappe versie van Jeroen van Inkel probeerde maar als een kermisklant klonk: "En alweer een klokje gewonnen aan deze zijde...ijde...ijde....' Mijn versie van Frits Spits klonk intellectueler maar bloedeloos. Ton en ik wisten allebei zeker: 'onze carrière in het Gooi begint hier achter dat rond gemetselde muurtje en eindigt champagne drinkend in ons privé vliegtuig te Amerika!
Ik voelde me rijk en belangrijk. Op de bruine rib fluwelen banken kon ik languit en ongestoord met mijn tweede liefje liggen. Luisteren naar de nieuwe LP van Solution of Rare Earth met die lange drumsolo erin. Wegzweven op eindeloze zoenen. Mijn moeder had het allemaal prima gevonden toen ze ons thuis op zolder verstrengeld achter mijn drumstel had zien liggen.
Maar mijn vader was veel te streng: “Niet Onder Mijn Dak”. Dus was Ziedenie het perfecte Love Island. Mijn vriend Ton liet ik ooit eens buiten staan door de sleutel aan de binnenkant van het slot te steken. Hij droeg zijn lot. Buiten wachtte Ton met zijn pakje Drum achter de keet, sloeg een paar keer op de houten wand en probeerde het een half uurtje later nog eens. Wijzend op de chocolademousse rond onze monden (we hadden samen een Mars tongzoenend, zo eerlijk mogelijk met elkaar gedeeld), haalde Ton A Real Mother For Ya, de nieuwe single van Johnny Guitar Watson uit het plastic tasje en legde het plaatje op een van de Lenco’s.
Zij las boeken van Herman Hesse en Carlos Castaneda en wist,
dat alles dat je aanraakte uit pure energie bestaat. Op een lome middag pakte
ze mijn linker hand en legde die op haar borst zodat ik haar hart voelde
kloppen. Haar linker legde ze op mijn borst. Kruislings hielden we onze rechterhanden
vast. Ik hoefde niks te doen. Alleen maar waar te nemen wat er gebeurde. En niet vergeten om te blijven ademen. Af en toe blies
ze de haren voor haar ogen weg zodat ik nog dieper in haar groene ogen kon
verdrinken. Stofjes dansten in zonnestralen die allengs horizontaler door de luiken de
soos binnen wisten te dringen. In de verte hoorden we steeds opnieuw een racemotor optrekken, die bij de
ingang van het zwembad heen en weer aan het show rijden was. De Laverda van een bink wiens naam ik vergeten ben. Wel herinner ik mij dat hij kort daarna zijn been verloor bij een motorongeval.
Die zomer fietste ik nog een keer naar het grote huis bij de
kwekerij van haar ouders in Nederwetten. In mijn pukkel een smeltende sixpack Bounty. Op haar slaapkamer speelde ze ‘A
Horse with No Name’ en zong de complete tekst uit haar hoofd. Op het balkon van haar ruime kamer rookten we een sjekkie en viel ik bijkans flauw. Ze vertelde glimlachend
dat ze in Nijmegen zou gaan studeren op de Kopse Hof. Dat het beter was om elkaar
los te laten. ‘In the desert, you can remember your name cause there aint no
one, for to give you no pain.' En ze lustte geen Bounty's. Het sjaaltje waarmee Harriet mijn tranen depte, knoopte ze om mijn hals en deed er nog een paar druppels Patchoeli op. Ze beloofde dat ze me niet zou vergeten.
Mijn derde liefje studeerde twee jaar later ook in Nijmegen. Ik ben nog eens op bezoek gegaan bij Harriet op de beneden etage waar ze samenwoonde met ene Henk. Haar stoffige gitaar stond naast een plantenhanger met twee potten erin en ze vertelde heel erg gelukkig te zijn. Met die Henk. Inmiddels begreep ik dat Horse with No Name slechts twee akkoorden zijn: een E-mineur en een D-6.
Tien jaar later werkte ik als verpleegkundige in een TBS
kliniek en kwam collega Herman de ochtenddienst in. Hij vertelde dat hij op de
Middenpeelweg, die gevaarlijke autoweg met landweggetjes die de drukke verkeersader kruisen, getuige van een ernstig auto ongeluk was geweest. Een vrouw van
onze leeftijd zat in haar deux-chevauxtje met het motorblok in haar borst geklemd. Toevallig hoorde Herman de naam van het dodelijke slachtoffer en bracht die hoofdschuddend
mee naar ons werk die ochtend. Haar naam.
Het is alweer ruim dertig jaar geleden. Alles is energie.
Reacties
Een reactie posten